STAATSCOURANT
Nr. 51051
30 december
2021


Instellingsbesluit Commissie Decoraties Defensie

17 december 2021
Nr. BS2021019181

De Minister van Defensie;

Besluit:

Artikel 1 Instelling

Er is een Commissie Decoraties Defensie, hierna te noemen: de commissie.

Artikel 2 Taken

De commissie heeft de volgende taken:

  1. het adviseren van de Minister van Defensie en de Commandant der Strijdkrachten over het departementale decoratiebeleid, de uitvoering hiervan, de draagwijze van decoraties, het decoratiestelsel Defensie, alsmede over de onderlinge verenigbaarheid van het militaire en het civiele decoratiestelsel;
  2. het periodiek evalueren van het uitgevoerde decoratiebeleid omtrent zijn verenigbaarheid met de praktijk van de krijgsmacht.

Artikel 3 Samenstelling

  1. De commissie bestaat uit:
  2. De commissie kan bij de uitvoering van haar taken de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht, het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, de Traditie Commissie Krijgsmacht, de Directie Communicatie, alsmede de voorzitter van het Veteranenplatvorm raadplegen met het oog op hun specifieke deskundigheid.
  3. De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

Artikel 4 De voorzitter

  1. De voorzitter wordt door de Minister van Defensie op voordracht van de Commandant der Strijdkrachten benoemd voor ten hoogste vijf jaar. Herbenoeming kan ten hoogste eenmaal plaatsvinden.
  2. De voorzitter wordt op eigen verzoek door de Minister van Defensie ontslagen. Hij kan voorts door de Minister van Defensie worden geschorst en ontslagen wegens ongeschiktheid, onbekwaamheid of op andere zwaarwegende gronden.
  3. De voorzitter ontvangt per vergadering een vergoeding overeenkomstig artikel 2 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies.

Artikel 5 Wijze van besluitvorming

  1. De commissie beraadslaagt en besluit in vergadering. Deze vergaderingen vinden ten minste vier maal per jaar plaats.
  2. De commissie besluit niet dan in aanwezigheid van ten minste de helft van de leden.
  3. Besluiten worden genomen overeenkomstig het gevoelen van de meerderheid van de ter vergadering aanwezige leden, waarbij elk lid één stem heeft. De secretaris heeft een raadgevende stem.
  4. Indien de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter. Van die omstandigheid wordt in het besluit melding gemaakt.

Artikel 6 Opheffing

Het Permanente Overlegorgaan Decoraties wordt met de instelling van de commissie opgeheven.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant, waarin het wordt geplaatst.

Artikel 8 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Commissie Decoraties Defensie.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 17 december 2021
De Minister van Defensie,
H.G.J. Kamp

TOELICHTING

Door middel van dit instellingsbesluit wordt invulling gegeven aan de eind 2020 door de Werkgroep herziening Decoratiestelsel Defensie gedane aanbeveling om te komen tot een Commissie Decoraties Defensie (CDD) ter vervanging van het voorheen bestaande Permanente Overlegorgaan Decoraties (POD).

Het POD heeft zich in de afgelopen jaren ontwikkeld tot een klankbordgroep die de Minister van Defensie gevraagd en ongevraagd adviseerde over de ontwikkelingsrichting van het militaire decoratiebeleid. Dit overleg fungeerde tevens als afstemmingsoverleg tussen de bestuursstaf van het departement (beleid) en de operationele commando’s (uitvoering) over krijgsmachtdeel-overstijgende vraagstukken, alsmede nieuwe ontwikkelingen die van invloed zijn op individuele casuïstiek inzake het uitreiken van onderscheidingen.

Met de instelling van de CDD worden deze taken geformaliseerd. Daarnaast zal de commissie ook tot taak krijgen om de regie te voeren omtrent het departementale decoratiebeleid en de uitvoering daarvan. In overeenstemming met de aanbevelingen van de Werkgroep herziening Decoratiestelsel Defensie berust deze verantwoordelijkheid voor de uitvoering hiervan primair bij de voorzitter. Deze is voor de politieke en militaire leiding van het departement het eerste aanspreekpunt.

De commissie zal worden samengesteld uit vertegenwoordigers van de vier krijgsmachtdelen, aangevuld met vertegenwoordigers van beleidsvormende, uitvoerende en bijzondere organisatiedelen van het departement. De vertegenwoordigers worden aangewezen door de staforganisaties van de betreffende defensieonderdelen. De CDD beraadslaagt en besluit overeenkomstig het gevoelen van de meerderheid. Indien stemmen noodzakelijk blijkt, beschikt ieder lid, behoudens de secretaris, over één stem. Mochten de stemmen staken, dan heeft de voorzitter een doorslaggevende stem.

Gelet op het krijgsmachtdeel-overstijgende karakter van het decoratiebeleid, wordt het voorzitterschap van de commissie in handen gelegd van een externe voorzitter. De voorzitter dient over ervaring met het krijgsbedrijf te beschikken en dient daarnaast vertrouwd te zijn met het belang van een goed functionerend en inzichtelijk decoratiebeleid voor de verschillende krijgsmachtonderdelen. Voor deze functie wordt daarom gedacht aan een opper- of vlagofficier buiten dienst. Vanwege het feit dat de voorzitter niet in dienst is bij de defensieorganisatie, ontvangt hij voor zijn werkzaamheden een bezoldiging overeenkomstig de vergadervergoeding zoals bepaald in artikel 2 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies.

De Minister van Defensie,
H.G.J. Kamp