Staatsblad
van het Koninkrijk der Nederlanden
|
68 |
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, directoraat-generaal voor Openbare Orde en Veiligheid van 8 oktober 1997, nr. EB97/1956, gedaan mede namens Onze Ministers van Defensie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, alsmede Onze Minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken; Hebben goedgevonden en verstaan: Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder: Artikel 2 Het bevoegd gezag kent een medaille toe aan degene die aaneensluitend of met een onderbreking van ten hoogste twee maanden gedurende een periode van tien jaren in repressieve dienst taken op het terrein van de openbare orde en veiligheid heeft verricht als vrijwilliger bij: Artikel 3 1. Het bevoegd gezag dient een aanvraag voor een medaille in bij de Kanselarij der Nederlandse Orden. Artikel 4 De medaille wordt door of namens het bevoegd gezag uitgereikt aan de vrijwilliger. Artikel 5 1. Het bevoegd gezag kent een jaarteken toe aan de vrijwilliger die aaneensluitend of met een onderbreking van ten hoogste twee maanden gedurende een periode van vijftien, twintig, vijfentwintig, dertig, vijfendertig respectievelijk veertig jaren taken heeft verricht als vrijwilliger op grond waarvan hem de medaille is toegekend. Artikel 6 1. De vrijwilliger draagt de medaille aan of op het lint op borsthoogte op de linkerzijde van de uniformkleding. Artikel 7 Aan de vrijwilliger die na de inwerkingtreding van dit besluit een jaarteken wordt toegekend en aan wie ingevolge het Besluit Vrijwilligersmedaille geen medaille is toegekend, wordt tegelijkertijd een medaille toegekend. Artikel 8 Het Besluit Vrijwilligersmedaille wordt ingetrokken. Artikel 9 Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag van de tweede kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst. Artikel 10 Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid. Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad, in het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen en in het Afkondigingsblad van Aruba zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 2 februari 1998 Beatrix De Minister van Binnenlandse Zaken, Uitgegeven de negentiende februari 1998 De Minister van Justitie,
Bijlage 1 als bedoeld in artikel 1, onder a Vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid De medaille is vervaardigd uit brons en heeft een doorsnede van 35 mm. De voorzijde van de medaille vertoont een van kantelen voorziene muur met een stralenbundel als achtergrond. Op de muur staan de woorden «Patriae servire libertas». Voor de muur kronkelt een slang. De medaille hangt aan een lint met een breedte van 33 mm. Het lint is groen met op 1 mm afstand van de boorden een verticale oranje streep van 2 mm breed. Oorkonde De tekst van de oorkonde luidt als volgt: Vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid .........................................................................................................................1 Gegeven te ................, op ...........
Bijlage 2 als bedoeld in artikel 1, onder b Jaarteken Het jaarteken is vervaardigd uit brons en bestaat uit een gesp, waarop, al naar gelang het aantal dienstjaren, in Romeinse cijfers het getal vijftien, twintig, vijfentwintig, dertig, vijfendertig respectievelijk veertig is vermeld. Het jaarteken is 12 mm hoog en 24 mm breed; de cijfers zijn 7 mm hoog. Het jaarteken wordt aangebracht tussen de twee verticale oranje banen van het lint. Oorkonde De tekst van de oorkonde luidt als volgt: Vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid .........................................................................................................................1 Gegeven te ................, op ...........
NOTA VAN TOELICHTING 1. Algemeen Het onderhavige Besluit vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid strekt ertoe om het Besluit Vrijwilligersmedaille uit 1958 te vervangen. Het nieuwe besluit heeft evenals zijn voorganger tot doel om een vrijwilligersmedaille toe te kennen aan diegenen die zich, zonder wezenlijke onderbreking, gedurende een periode van tien jaren in georganiseerd verband vrijwillig hebben ingezet voor het algemeen belang. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt naar de vrijwilliger die wel of niet een vergoeding voor zijn werkzaamheden ontvangt. Vervanging van het Besluit Vrijwilligersmedaille is om twee redenen noodzakelijk. Op de eerste plaats is dit besluit achterhaald waar het gaat om de opsomming van de organisaties, enerzijds omdat het overgrote deel van de organisaties, die in artikel 2, eerste en tweede lid, zijn opgesomd, niet meer bestaat of niet primair het belang van de openbare orde en veiligheid dient, anderzijds omdat er in die opsomming organisaties ten onrechte ontbreken. Organisaties die niet langer in die opsomming thuishoren, zijn bijvoorbeeld de bedrijfszelfbeschermingsorganisaties, bedoeld in het Besluit bedrijfszelfbescherming 1958. Met de inwerkingtreding van het Besluit bedrijfshulpverlening Arbeidsomstandighedenwet op 1 januari 1994 is het Besluit bedrijfszelfbescherming 1958 ingetrokken en hebben bedrijven niet langer de verplichting om een bedrijfszelfbeschermingsorganisatie in stand te houden. In de plaats daarvan dienen bedrijven met meer dan vijftien werknemers over een bedrijfshulpverleningsorganisatie te beschikken. Deze organisatie heeft echter niet primair tot doel de openbare veiligheid te dienen, maar de interne veiligheid van het bedrijf, met andere woorden de veiligheid van de werknemers en anderen die zich binnen een bedrijf vinden. Daarnaast komt, zoals gesteld, abusievelijk een aantal organisaties niet voor in de opsomming van organisaties waarvan de vrijwilligers aanspraak dienen te hebben op een vrijwilligersmedaille. Het betreft hier de brandweren van inrichtingen die op grond van een regeling met de desbetreffende gemeente ook taken ten behoeve van de gemeentelijke brandweer verrichten, en dus niet uitsluitend binnen de inrichting werkzaam zijn. Verder gaat het om de ambulancediensten, zowel de diensten die tot doel hebben mensen te redden als die welke zich inzetten voor het redden van dieren, alsmede om de organisaties die zich inzetten voor het redden van drenkelingen (bijvoorbeeld de Koninklijke Nederlandse Bond tot het Redden van Drenkelingen, de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij en de CITRO op Curaçao) en de vrijwillige politie als opvolger van de reservepolitie. Bovendien ontbreken in de opsomming van organisaties het Nederlandse Rode Kruis en de EHBO-instellingen. Ook de vrijwilligers daarvan die zich in repressieve dienst inzetten in het kader van de bestrijding van en de voorbereiding op de bestrijding van ongevallen en rampen, hebben recht op een vrijwilligersmedaille. Op de tweede plaats is het noodzakelijk het Besluit Vrijwilligersmedaille te vervangen door het Besluit vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid omdat de procedure tot het aanvragen en toekennen van een vrijwilligersmedaille niet duidelijk in het eerstgenoemde besluit en de daarop gebaseerde ministeriële regelingen is omschreven en het bovendien de overzichtelijkheid en de eenduidigheid niet ten goede komt dat iedere betrokken minister ingevolge artikel 9 van het Besluit Vrijwilligersmedaille zijn eigen uitvoeringsregeling dient vast te stellen. In het onderhavige besluit is de huidige praktijk van aanvragen en toekennen van een medaille neergelegd en is een einde gekomen aan de delegatie van de bevoegdheid van iedere betrokken minister tot het vaststellen van regels die betrekking hebben op de uitvoering van het besluit. 2. Artikelsgewijs Artikel 2 Aan vrijwilligers wordt een medaille toegekend indien zij blijkens artikel 2 gedurende tien jaren in repressieve dienst taken hebben verricht op het terrein van de openbare orde en veiligheid bij één van de in dat artikel limitatief opgesomde organisaties. Het in repressieve dienst zijn is nadrukkelijk een bestanddeel van de voorwaarde tot toekenning van een medaille. Hieraan liggen de volgende twee overwegingen ten grondslag. Op de eerste plaats is in de opsomming van organisaties een aantal nieuwe organisaties, bijvoorbeeld het Nederlandse Rode Kruis en de EHBO-instellingen, opgenomen waarvan vrijwilligers taken verrichten in het kader van de openbare veiligheid, bijvoorbeeld het verlenen van EHBO bij evenementen. Alhoewel ik deze taken uiteraard als zeer positief waardeer, zijn dat niet de taken waaraan in het kader van dit besluit wordt gedacht. Het gaat om taken die de vrijwilligers van deze organisaties in het verband van een SIGMA (dat is een Snel Inzetbare Groep voor Medische Assistentie) in het kader van de bestrijding dan wel de voorbereiding op de bestrijding van ongevallen en rampen vervullen. Onder de vrijwilligers van het Nederlandse Rode Kruis vallen ook de vrijwilligers van deze vereniging die zijn gestationeerd op de Nederlandse Antillen en Aruba, mits zij uiteraard voldoen aan de voorwaarden uit de aanhef van artikel 2. Volledigheidshalve zij opgemerkt dat voor de vrijwilliger bij de politie bij de berekening van het aantal dienstjaren in verband met het verstrekken van een medaille mede in aanmerking wordt genomen de periode gedurende welke hij werkzaam was als lid van de reservepolitie bij de met ingang van de datum van inwerkingtreding van de Politiewet 1993 opgeheven gemeentepolitie en rijkspolitie. De Minister van Binnenlandse Zaken, Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Oorkonde medaille Oorkonde jaarteken |