Staatsblad
van het Koninkrijk der Nederlanden



Jaargang 1982


 
 
 


511
Besluit van 30 juli 1982, houdende instelling
Herinneringsmedaille Multinationale Vredesoperaties


 

 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

 Op de gemeenschappelijke voordracht van Onze Ministers van Defensie van 14 juli 1982, Directoraat-Generaal Personeel, Bureau Onderscheidingen, Nr.P.O.82/004/3453;
 van Buitenlandse Zaken van 19 juli 1982, Directie Kabinet en Protocol, no. DKP/DE-192151,
 van Justitie a.i. van 19 juli 1982, Afdeling Kabinetszaken, no. AO82/13/3,
 en van Binnenlandse Zaken van 20 juli 1982, Directoraat-Generaal Binnenlands Bestuur, Afdeling Kabinetszaken, nr. BK82/1474;
 Overwegende dat het gewenst is aan hen die van overheidswege deel hebben uitgemaakt van een multinationale vredesmacht dan wel als waarnemer of in een soortgelijke functie bij enigerlei operatie van een multinationale vredesmacht zijn opgetreden, een herinneringsmedaille toe te kennen;

 Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

 Ingesteld wordt de «Herinneringsmedaille Multinationale Vredesoperaties» waaraan gespen kunnen worden verbonden.

Artikel 2

 De herinneringsmedaille wordt toegekend aan hen die van overheidswege hetzij gedurende ten minste drie maanden deel hebben uitgemaakt van een multinationale vredesmacht, hetzij gedurende een ten minste gelijke periode als waarnemer of in een soortgelijke functie bij enigerlei operatie van een multinationale vredesmacht zijn opgetreden, en daarbij in alle opzichten een goede plichtsbetrachting en een goed gedrag hebben betoond.

Artikel 3

 1. De herinneringsmedaille wordt -bij toekenning wegens deelname aan een multinationale vredesmacht waarvoor een gesp is ingesteld- toegekend met een gesp.
 2. De herinneringsmedaille wordt slechts éénmaal toegekend.
 3. Aan hen die reeds zijn onderscheiden met de herinneringsmedaille, wordt, indien zij nadien hebben deelgenomen aan een multinationale vredesmacht waarvoor een gesp is ingesteld, alleen die gesp toegekend.

Artikel 4

 De toekenning van de herinneringsmedaille zowel als van de afzonderlijke gesp geschiedt:
 1. aan militairen door Onze Minister van Defensie;
 2. aan anderen door Onze Minister van Binnenlandse Zaken, in overeenstemming met de Minister die het aangaat.

Artikel 5

 Onze betrokken Minister kan, indien niet wordt voldaan aan de diensttijdeis bedoeld in artikel 2 van dit besluit, bij uitzondering de herinneringsmedaille dan wel een gesp toekennen mits wordt voldaan aan de overige in dat artikel gestelde eisen.

Artikel 6

 De toekenning van de herinneringsmedaille dan wel een gesp kan postuum geschieden.

Artikel 7

 1. De herinneringsmedaille is cirkelvormig met een middellijn van 35 mm; zij is vervaardigd van bronskleurig metaal. De voorzijde van de medaille vertoont een geheven ontbloot zwaard omstrengeld door een olijftak met als omschrift «CONCORDIA FACIT PACEM». De keerzijde van de medaille vertoont het rijkswapen.
 2. De medaille is door middel van een ring verbonden aan een moiré lint; het lint, 27 mm breed, heeft aan de boorden een witte baan 9 mm, in het midden drie verticale banen in de volgorde rood, wit en blauw, elk ter breedte van 3 mm.
 3. De gesp is eveneens vervaardigd van bronskleurig metaal. Op de gesp is in kapitale letters vermeld het gebied van de operatie. De gesp wordt op het lint bevestigd; indien meer gespen zijn toegekend worden deze boven elkaar geplaatst, de eerstverkregen gesp direct boven de medaille.

Artikel 8

 1. Het is de begiftigde vergund de medaille, eventueel met gesp(en), of het lint alleen te dragen. Indien het lint alleen wordt gedragen zal elke verkregen gesp op het lint worden aangegeven door een achtpuntige ster van bronskleurig metaal.
 2. Het is de begiftigde vergund een medaille, eventueel met gesp(en), van verkleind model te dragen.

Artikel 9

 Bij de uitreiking van de herinneringsmedaille of van later toegekende gespen ontvangt de begiftigde een op naam gestelde oorkonde.

Artikel 10

  De kosten van de medaille met lint en gesp alsmede van later toegekende gespen komen ten laste van het Rijk.

Artikel 11

 In verband met het deelnemen van een Nederlands detachement aan de multinationale vredesmacht in de Sinaï wordt de gesp «SINAI» ingesteld.

Artikel 12

 Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

 Onze Ministers van Defensie en van Binnenlandse Zaken zijn, ieder voor zover hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Kanselier der Nederlandse Orden.

Tavernelle, 30 juli 1982

Beatrix

De Minister van Defensie
H. van Mierlo

De Minister van Buitenlandse Zaken
Van Agt

De Minister van Justitie
J. de Ruiter

De Minister van Binnenlandse Zaken
M.G. Rood

Uitgegeven de negende september 1982

De Minister van Justitie,
J. de Ruiter