Staatsblad
van het Koninkrijk der Nederlanden
|
715 |
||||||||||||||||||||||||||||||
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Directoraat Generaal Binnenlands Bestuur, Afdeling Kabinetszaken, van 23 december 1980, nr. BK80/U2217; mede namens Onze Ministers van Defensie en van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk; Overwegende dat het wenselijk is, een onderscheiding in te stellen ter gelegenheid van de 35-jarige herdenking van de bevrijding voor deelnemers aan het verzet in de Tweede Wereldoorlog tegen de bezetters van het grondgebied van het Koninkrijk; HEBBEN GOEDGEVONDEN EN VERSTAAN: Artikel 1. Er wordt herinneringsteken ingesteld, dat de naam zal dragen van "Verzetsherdenkingskruis". Artikel 2.
Artikel 3. Toekenning kan posthuum geschieden. Artikel 4. De toekenning geschiedt door een voor het voormalig verzet representatief te achten comit´, waarvan de samenstelling en werkwijze bij ministerieel besluit van Onze Ministers van Binnenlandse Zaken, van Defensie en van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk worden geregeld. Artikel 5. De vormgeving van het in artikel 1 bedoelde versiersel en het daaraan verbonden lint wordt nader door Ons bepaald. Artikel 6.
Artikel 7. Bij de toekenning van het herdenkingskruis ontvangt de begiftigde een op naam gesteld oorkonde. Artikel 8. Dit besluit treedt in werking met ingang van 31 december 1980. Onze Ministers van Binnenlandse Zaken, van Defensie en van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk zijn, ieder voor zover hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Kanselier der Nederlandse Orden. Lage Vuursche, 29 december 1980 Beatrix De Minister van Binnenlandse Zaken |