|
Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onzen Minister van Algemeene Zaken a.i. van 9 Maart 1943, No. 71;
Gelet op de wet van 4 April 1892 (Staatsblad No. 55), zooals deze is gewijzigd bij de wet van 21 Maart 1923 (Staatsblad No. 105), alsmede op Ons besluit van 12 April 1923 (Staatsblad No. 66);
Hebben goedgevonden en verstaan:
Ter uitvoering van artikel 13 van genoemde wet, onverminderd het bepaalde in Ons evenvermeld besluit, als volgt te bepalen:
- De versierselen worden gedurende de tegenwoordig geldende buitengewone omstandigheden aan de benoemden éénmaal op Rijk's kosten verstrekt;
- Wanneer ter beoordeeling van Onzen Minister van Algemeene Zaken gegronde redenen bestaan aan te nemen, dat een versiersel buiten schuld van den benoemde is verloren gegaan, kan andermaal een versiersel op Rijk's kosten worden verstrekt;
- Onze Minister van Algemeene Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst en geacht wordt te zijn ingegaan op 15 Mei 1940.
Onze Minister van Algemeene Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst en geacht wordt te zijn ingegaan op 15 Mei 1940.
Uitgegeven 7 September 1943 |