Staatsblad
van het Koninkrijk der Nederlanden



Jaargang 1902


 
 
 
 


(No. 24)
BESLUIT
van den 5den Februari 1902, houdende instelling van een Koninklijken eereprijs voor schietwedstrijden


 

 Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

    Op de voordracht van Onzen Minister van Oorlog, dd. 27 Januari 1902, Kabinet, litt. A5;

    Overwegende:

    dat het wenschelijk is den onder de bevolking toenemenden zin tot vrijwillige beoefening van het schieten met handvuurwapenen aan te moedigen, ook wijl zoodoende kan worden bevorderd, dat zij, die behooren tot een der onderdeelen van de levende strijdkrachten, doch niet onder de wapenen zijn, gelegenheid vinden hunne schietvaardigheid te onderhouden of te verhoogen;

          Hebben goedgevonden en verstaan, te bepalen:

Artikel 1.

 Er wordt een Koninklijke eereprijs ingesteld ter uitreiking aan hen, die daarvoor in aanmerking komen wegens hunnen schietvaardigheid, gebleken naar door Onzen Minister van Oorlog vastgestelde of vast te stellen regelen.

Artikel 2.

  De in artikel 1 vermelde eereprijs, welke in zilver, verguld zilver en goud kan verleend worden, heeft eene middellijn van 28 m.M., en vertoont op de voorzijde Onze beeltenis omringd door het randschrift "Wilhelmina, Koningin der Nederlanden".
  De tegenzijde vertoont de Nederlandsche maagd houdende in hare linkerhand de in breede plooien uithangende nationale vlag met oranjewimpel en in hare rechterhand een lauwerkrans boven een rot geweren, waaraan een gordel met patroontasch.
  De achtergrond wordt ingenomen door de voorstellingen van eenige schietbanen. Het randschrift luid: "Koninklijke eereprijs voor schietwedstrijden".
  De eereprijs wordt op de linkerborst gedragen aan een geribd moiré zijden lint, ter breedte van vijf en twintig millimeter, van oranje met twee smalle verticale strepen van de nationale kleuren.
  Het lint mag evenwel niet zonder den eereprijs gedragen worden.
  Over het lint wordt een gesp gedragen in den vorm van een door eene koningskroon gedekt schild van hetzelfde metaal als de eereprijs en waarop gegraveerd staan de woorden: "Allen weerbaar". Twee takken eik en lauwer omsluiten van weerszijden het schild.

Artikel 3.

  De toekenning geschiedt bij brevet volgens hieraan gehecht model.

Artikel 4.

  Tot goedmaking der kosten, uit Ons tegenwoordig besluit voortvloeiende, wordt jaarlijks eene som op het hoofdstuk der Staatsbegrooting, hetwelk het Departement van Oorlog betreft gebracht.

Artikel 5.

  Bij toekenning van den verguld zilveren (gouden) eereprijs wordt de c.q. daarvóór (laatst daarvóór) verworvene aan het Departement van Oorlog teruggezonden.

  Onze Minister van Oorlog is belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk zal worden geplaatst in het Staatsblad en waarvan afschrift zal worden gezonden aan Onzen Kanselier der Nederlandsche Orden en aan de Algemeene Rekenkamer.

  's Gravenhage, den 5den Februari 1902.

WILHELMINA.                

De Minister van Oorlog,
J.W. Bergansius

 
Uitgegeven den zes en twintigsten Februari 1902.
De Minister van Justitie.
J.A. Loeff.